Voorwegschool
Omschrijving

Werkplekken voor leeftijdsgroepen
In 1969-1971 discussieerden de gemeente en school over de huisvesting van de Voorwegschool in Heemstede, die bekend staat als een van de oudste scholen in Nederland. Al in 1630 was sprake van het stichten van een school met onderwijzerswoning: een eenlokalige school voor 150 leerlingen. Het huidige gebouw is in 1842 gebouwd. In 1882 was het gebouw aangepast en uitgebreid, naar ontwerp van A. van der Steur. Hij ontwierp de groepering van de lokalen rond de hal en handhaafde de woning. Naderhand zou de school worden uitgebreid: zoals in 1895 met de uitbouw aan de oostzijde en in 1948 met een gymnastieklokaal.
Rond 1970 stond de vraag centraal of nieuwbouw de voorkeur had boven renovatie. Het schoolteam en de oudercommissie kozen voor renovatie in combinatie met onderwijskundige aanpassingen. Doelen zijn: ‘een losser klassenverband met mogelijkheden tot individuele verwerking van de leerstof; gedifferentieerde onderwijs-leersituaties; creatieve ontwikkeling en vorming en sociale bewustwording’. En de school streeft naar ‘intensieve begeleiding van het onderwijs door didactische, psychologische, maatschappelijke en medische externe medewerkers.’ (Van den Bosch, 1980)
Die nieuwe ideeën resulteerden in de verrijking van de onderwijsruimte met plekken waar kinderen meer zelfstandig kunnen werken. De architect slaagde erin het programma binnen het bestaande volume te realiseren. In de lokalen zijn diverse plekken gecreëerd voor meer individueel werken. Voor de jongste kinderen is dat een werkhoek in het lokaal. Voor de oudere kinderen, die zelfstandig kunnen werken, werknissen in de bestaande uitbouwen. Voor de kinderen van de hoogste klassen entresols: ‘werkbalkons’. Twee lokalen kregen een nieuwe functie als ondersteunende ruimte zoals een orthotheek en teamkamer. De centrale hal, in de praktijk in gebruik als ruimte waaraan de toiletten en garderobe lagen en waar de docenten hun fiets stalden, is getransformeerd tot een multifunctionele mediatheek met werkplekken. In de hal kunnen de oudste kinderen zelfstandig, buiten klasverband werken. Dit ‘cultuurcentrum’ kreeg een glaspui met toegangsdeuren naar de buitenruimte.
In een artikel in een architectuurtijdschrift presenteerden de architect en het schoolhoofd deze renovatie. Naast het leerklimaat, was ook het leefklimaat veranderd door de intiemere maat van de werkplekken, het golvende (akoestische) plafond in de hal en de doorzichten tussen lokaal en hal. Een oud-inspecteur van het onderwijs roemde vooral de werkbalkons als een ‘vondst’: ‘Zowel architectonisch als onderwijskundig. Het onderwijsoppervlak is door deze entresolvoorziening sterk vergroot: het groepswerk krijgt goede mogelijkheden en de relatie met de klas als stamgroep wordt op bijzondere wijze bewaard.’ (Warnaar, Goedbloed 1980)
De architect van deze verbouwing, A.P. Warnaar, kreeg in 1981 ook de opdracht voor de uitbreiding van het gebouw met drie kleuterlokalen aan de gymzaalvleugel. Het gebouw functioneert nu grotendeels volgens de opzet uit 1971/1981. Op de werkplekken in deze ‘oudste school van Nederland’ zijn pc’s geplaatst.
Literatuur
-A.P. Warnaar, W.H. Goedbloed (1980), ‘Renoveren is een mentaliteit’, in: Plan, oktober 1980, nr 10, 44-50
-C. van den Bosch (1980): ‘Renovatie blaast nieuw leven in oude scholen’, in: Onderwijs en schoolgebouw, ICS, 153-162
Analysetekening

